- De Tweede Kamer heeft een motie aangenomen die tv-reclame voor online gokken verbiedt om de kans op gokverslaving te verkleinen.
- Sinds de legalisering van online gokken op 1 oktober mogen bedrijven met een vergunning daarvoor reclame maken.
- Gokbedrijven hebben een eigen reclamecode opgesteld, maar die kan op kritiek rekenen van onder meer de Consumentenbond en partijen in de Kamer.
- Lees ook: Pokerkampioen Phil Hellmuth legt uit hoe hij leugenaars herkent
De Tweede Kamer wil een verbod op “ongerichte reclames voor risicovolle kansspelen”. Een motie van SP’er Michiel van Nispen die het kabinet daartoe oproept, haalde een meerderheid.
Het gaat de Kamer vooral om de toegenomen reclamecampagnes voor online gokken, sinds dat onlangs legaal is geworden. Partijen zijn bezorgd dat gokverslaving hierdoor toeneemt, vooral onder jongeren, en zeker als mensen worden bestookt met reclames voor gokken.
Demissionair minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker had de motie ontraden, omdat er dan geen gokreclames meer mogelijk zouden zijn op televisie. Hij sluit niet uit dat zo’n verbod ooit in de toekomst nodig is, maar hij vond het nu te vroeg.
Hij waarschuwde gokbedrijven en media wel dat het snel minder moet met de door veel partijen gewraakte spotjes, omdat de politiek anders zou ingrijpen. Hij wees er daarbij op dat sinds deze donderdag een nieuwe Reclamecode Online Kansspelen van kracht is geworden waarmee het aantal spotjes al beperkt zou moeten worden.
Meer tijd besteed op goksites
Sinds 1 oktober is het mogelijk om legaal online te gokken in Nederland. Tien bedrijven hebben daarvoor van de Nederlandse Kansspelautoriteit vergunningen gekregen, waaronder Holland Casino en de Nederlandse Loterij.
Uit onderzoek van Similarweb, dat gegevens van de Kansspelautoriteit analyseerde, blijkt dat er sindsdien een grote toename is van het aantal uren dat mensen doorbrengen op online goksites. Het zou gaan om 50 procent gespeelde uren per maand méér ten opzichte van het voor 1 oktober.
De nieuwe wet legt wel beperkingen op aan reclames. Die mogen zich niet richten op kwetsbare groepen, mogen geen rolmodellen van jonger dan 25 jaar hebben en mogen pas na 21.00 uur worden uitgezonden. Ook mag reclame voor kansspelen op internet niet misleidend zijn of leiden tot excessief gokgedrag.
Nieuwe reclamecode meteen omstreden
In voorbereiding op de legalisering ontwikkelde de goksector daarnaast een reclamecode, de regels waaraan reclames moet voldoen. Die werd goedgekeurd door de Reclame Code Commissie, tot woede van de Consumentenbond die de samenwerking met het klachtenorgaan opzegde.
"De Stichting kende onze bezwaren, maar koos er desondanks voor akkoord te gaan met de code", stelt directeur Sandra Molenaar. "Blijkbaar weegt het commerciële belang van de gokbranche zwaarder dan het welzijn van consumenten."
Zo mogen de gokreclames volgens de code wel kinderen en jongvolwassenen, aldus de bond, zolang die maar niet meer dan 30 procent van het publiek uitmaken. "Absurd", noemde de Consumentenbond dat eerder. "Volgens de wet is kansspelreclame gericht op deze groepen verboden."
Ook Tony van Rooij, onderzoeker van het Trimbos-instituut, uitte kritiek op de reclames, die volgens hem vaak een jolige toon hebben. "De gokindustrie zoekt de grens op van wat mag en lijkt daarbij soms grenzen te overschrijden", zei hij tegen de NOS.
Leningen voor bezoekers van goksites
Ook de Tweede Kamer heeft niet veel op met de handhaving op een reclamecode, omdat dit omslachtig is en pas achteraf na klachten kan.
Een voorstel van de ChristenUnie, SP en CDA om wettelijk te regelen dat online gokreclames aan dezelfde venstertijden moeten voldoen als gokreclames op radio en televisie, kreeg ook steun.
Er was ook steun voor een motie van PvdA'er Barbara Kathmann over online reclames van bedrijven die leningen aanbieden aan mensen die net een goksite bezocht hebben. De Kamer wil dat een verbod op zulke advertenties wordt onderzocht, omdat dit gokverslaafden in grote financiële problemen kan brengen.
Dekker zei hier nog geen kennis van te hebben, en zei uit te willen zoeken in hoeverre dit daadwerkelijk voorkomt. "Als dit gebeurt zou ik het ook zeer onwenselijk vinden en het redelijk vinden als we daartegen optreden."
Hij wees er wel op dat hij hierover in gesprek zou moeten met het ministerie van Financiën, omdat dit niet alleen over kansspelen maar ook over de geldleners gaat.